Rhododendrons
Ontdek ons uitgebreide assortiment aan rhododendrons en geef jouw tuin een kleurrijke en levendige uitstraling. Kies uit verschillende soorten en maten, elk met hun eigen unieke bloemkleur en vorm. Bestel jouw favoriete rhododendrons eenvoudig online bij ons tuincentrum en geniet van de schoonheid en pracht van deze populaire tuinplant.

Rododendron (wetenschappelijke naam Rhododendron, uit het Oud-Grieks: rhodos, "roos"; dendron, "boom") is een groot geslacht van 600 -1000 soorten bloeiende planten in de heifamilie (Ericaceae).

In de tuin geven rododendrons in het algemeen de voorkeur aan iets zure, luchtige grond. Bij het planten dient men de struiken niet te diep te planten: veel soorten hebben hun wortels vrij dicht onder de oppervlakte. Te diep planten berooft de wortels van de struiken van lucht.

Ook een te veel aan water kan de wortels van lucht beroven. Direct na het planten en de eerste tijd hierna kan water geven nuttig zijn. Maar het begieten zal in de meeste tuinen langzaam afgebouwd kunnen worden.

De meeste soorten kunnen zon goed verdragen. Let eventueel op verdrogingsverschijnselen op de randen van nieuwe bladeren - hier onttrekken ze het eerst vocht aan.

De Rhododendron (Azalea) heeft het liefst een humusrijke, luchtige en zure grond en een vochtig en koele standplaats. De Rhododendron (Azalea) is van nature een bosplant, die het beste tot zijn recht komt onder een bladerdek van de bomen. Zet ze dus ook niet in de volle zon of een plek die vol in de wind staat. De grond waar de Rhododendron (Azalea) in staat moet wel lekker open en luchtig zijn en beslist veel humus bevatten. Wanneer de grond nat, hard of kalkhoudend is kunt u beter een alternatief bedenken, dus liever niet toepassen op kleigronden. (of veel tuinturf toevoegen of in een pot aanplanten).

De Rhododendron (Azalea) kan goed tegen een lange droge periode, alleen wanneer u de Rhododendron (Azalea) gaat verplanten moet u de plant af en toe water geven. Doe dit altijd bij de wortels en niet over de plant, de Rhododendron (Azalea) is erg gevoelig voor de schimmelziekte Phythoptera, deze schimmelziekte onstaat wanneer de Rhododendron (Azalea) niet snel kan opdrogen. Wanneer u een beregenings installatie in uw tuin heeft, pas dan een druppelslang bij de Rhododendron (Azalea) toe.

Onderhoud van de Rhododendron (Azalea)

Het beste kunt u direct na de bloei de bloemen van de Rhododendron (Azalea) verwijderen, de bloemen worden dan bruin en verwelken, u kunt de bloemen er voorzichtig uit te breken of te draaien. Wanneer u dit op tijd doet, vormen er zich betere nieuwe knoppen voor het volgende jaar. De snoeiperiode van de Rhododendron (Azalea) is vanaf eind april tot half juni.

De Rhododendron (Azalea) kan in september vooral onder de nieuwe scheuten geel blad vertonen, dit is een natuurlijk verschijnsel en dus niet erg. Bruine vlekken op het blad is vaak vorstschade, tijdens de groeiperiode kunt u deze bladeren wegknippen. Bruin verkleurde takken wordt veroorzaakt door een schimmelziekte, dit ontstaat vooral wanneer de Rhododendron (Azalea) niet goed kan opdrogen. Wanneer de bloemknoppen van de Rhododendron (Azalea) bruinzwart worden, ook wel knopziekte genoemd, is een teken dat er cicaden aanwezig zijn, dit insekt is makkelijk te bestrijden. Wanneer de bladranden zijn aangevreten duidt dit op de aanwezigheid van de Taxuskever.

Vragen over Rhododendrons

  • Waarom bloeit de Rhododendron niet? Wat kunnen wij doen om deze struik weer gelukkig te maken en te laten bloeien?
    Rhododendrons en azalea's maken in het najaar op het eind van de scheuten hun nieuwe bloemknoppen aan. Door strenge vorst, of een late (nacht)vorstperiode, kunnen de knoppen beschadigd raken. Dit is vaak eenmalig, zodat een plant een volgend jaar wel weer zal bloeien. Planten die niet voldoende beschut staan zullen hier echter vaker last van hebben.
    Rhododendrons en azalea's hebben meestal geen snoei nodig. Alleen dood, ziek, beschadigd en kruisend hout moet verwijderd worden. Als ze te groot worden kan er wel gesnoeid worden. Bij struiken die al meerdere jaren achtereen niet bloeien kan snoei bovendien helpen om op de langere termijn toch weer een bloei in de struik te krijgen. Het snoeien gebeurt direct na de bloei. De scheuten worden bij voorkeur net boven een bladkrans afgeknipt. Daar zal de struik het snelst opnieuw uitlopen. Hoe ver u uw struik terug kunt snoeien is dan dus afhankelijk van de stand van de bladkransen. Is de struik tot op grotere hoogte kaal, dan kunt u ook boven een slapend oog snoeien. Het risico dat de scheut dan niet meer uitloopt is dan echter groter. Omdat de struik na het verwijderen van het meeste blad plotseling meer in het licht komt te staan, kan hij de eerste jaren gevoelig worden voor verbranding. Op erg zonnige dagen kan hij dan beter wat afgeschermd worden van direct zonlicht. Door een extra watergift kan ervoor gezorgd worden dat de grond niet uitdroogt, en dat de plant zich sneller herstelt.
    Rhododendrons en azalea's houden van een zure grond, met een pH-waarde tussen 4,5 en 5,0 en een standplaats in de (half)schaduw. De grond moet bovendien redelijk voedselrijk zijn, en vochthoudend. Het aanbrengen van een mulchlaag of een bodembedekker onder de planten helpt om de verdamping vanuit de grond tegen te gaan, en de ondergrond koel en vochtig te houden. Voor extra verzuring van de grond kan dan voorzichtig extra tuinturf rond de wortels aangebracht worden.
    Ook uitputting van de grond kan een oorzaak zijn van achterblijvende groei en bloei, bijvoorbeeld doordat wel tuinturf bij de planten aangebracht is, maar geen meststoffen. De voedselvoorraad kan weer op peil gebracht worden door te bemesten met speciale rhododendronmest, of met goed verteerde stalmest.
  • Onze Rhododendron heeft een andere kleur, hoe kan dat?
    Rhododendrons kunnen weleens een andere kleur hebben dan de kleur bij aanschaf. De bloemen van veel Rhododendrons worden in het bloeiseizoen lichter van kleur, maar dat is normaal, dit heet verbleken. Daarnaast kunnen zaken als zuurgraad van de grond (liefst een pH van 4,5 tot 5), de voedseltoestand en een plaatsing in de schaduw van invloed zijn op de bloemkleur.
7952