Hagen
Hagen kopen? Snelle levering en met de Service en Advies van Appeltern.
Er zijn geen resultaten met je zoekcriteria gevonden.

Net zoals in huis waar de binnenmuren beslotenheid en privacy geven, kan een haag een tuin als eigen domein omkaderen en zorgen voor een geheel eigen intimiteit. Een haag om de tuin voorkomt niet alleen al te nieuwsgierige blikken van buitenaf, maar maakt ook het decor waarin allerlei andere vaste planten, bomen en struiken hun eigen vormen en kleuren tot hun recht laten komen.

Niet alleen zorgt een heg voor een goede afscheiding, in de heg vinden allerlei vogels, insecten, zoogdieren en reptielen een plek. Vanuit de heg vinden allerlei roofinsecten hun weg naar de gewassen en zorgen voor een stukje biologische bestrijding. Ook functioneren heggen als een ecologische verbindingszone. Heggen die meermaals per jaar gesnoeid worden, komen niet tot bloei en dragen bijgevolg geen vruchten.

Hagen bestaan uit bomen en heesters die in (soms losse) rijen geplant als afscheiding, zichtscherm of windkering dienen. Er kunnen zowel groenblijvers als bladverliezers in staan en ze kunnen strak gesnoeid worden of wat losser uitgroeien.

Hoe snoei ik een haag?

Hagen worden meestal twee keer per jaar gesnoeid (beter: geknipt). Eenmaal in het voorjaar en daarna nog eens rond de langste dag (21 juni) of iets later. Veel planten maken dan een tweede groeistoot door. Snoei niet al te laat in het jaar (niet later dan september). De planten moeten zich voor de winter kunnen herstellen. De enige goede snoeimethode is van onder naar boven. Dat voorkomt dat er gesnoeide takken op het nog te snoeien gedeelte terecht komen. Knip eerst de zijkanten en pas daarna de bovenkant van de haag. Door regelmatig te knippen wordt een haag steeds dichter. Knip bij coniferen nooit ‘achter het groen’. Kaal gesnoeide takken lopen meestal niet meer uit. Een uitzondering is de taxus die wel weer groen uitloopt. Lage haagjes (zoals buxus) worden vanwege de strakke vorm meestal wat vaker gesnoeid. Het tijdstip waarop is dan niet zo belangrijk. Knip bij voorkeur bij vrij somber, bewolkt weer. Als de zon fel schijnt, ontstaat er kans op bladverbranding. Knip nooit als het vriest of bij erg nat weer. Dat laatste is helemaal af te raden wanneer je met een elektrische heggenschaar werkt.

Vormsnoei bij hagen

Een strak geschoren haag moet zo goed mogelijk in vorm blijven. Je kunt het best van onder naar boven knippen en probeer ook onder wat breder te blijven dan boven. Dat voorkomt kaal worden op de lange duur. Maak desnoods een mal die je tijdens het werk steeds verplaatst of span lijnen als richtinggevers voor je snoeiwerk. Vooral met een elektrische heggenschaar knip je snel te ver. Losse, gemengde hagen lijken meer op een smalle heesterborder. Daarvan wordt elke plant apart gesnoeid, maar vaak slechts om de paar jaar. Zulke planten mogen vrij natuurlijk uitgroeien, bloeien, vrucht dragen enz. Hagen met grote en harde bladeren (laurierkers, Prunus laurocerasus) moet je niet met de elektrische heggenschaar knippen. Dat geeft lelijke, rafelige randen die een nare witte gloed over de haag leggen. Snoei zulke hagen met de snoeischaar en vermijd de bladeren door te knippen. Het is trouwens sowieso beter om zoveel mogelijk met de hand te knippen. Het gaat allemaal wat rustiger en je bent beter in staat om ‘maat’ te houden. Machinale scharen hebben vaak een ‘te brede’ haag tot gevolg.

Snoei geeft meer takken!

Het is al eerder genoemd: als je een tak inkort, groeien uit de (meestal twee tot vier) slapende knoppen die het dichtst bij de wond zitten, nieuwe takken. Dat geldt ook voor coniferen. Als de eindjes van de scheuten worden geknipt, ontstaan daar dus meer scheuten en komt de plant ook dichter in z’n blad te zitten. En hoe meer en vaker er wordt geknipt, des te dichter de structuur zal worden.

Een haag die tussen mei en augustus meerdere malen wordt geknipt, zal daarom een dichtere structuur bezitten dan een haag die alleen rond 21 juni wordt geknipt. Maar de knipfrequentie hangt natuurlijk ook af van de groeisnelheid van de haagsoort. Behalve strak geschoren hagen is het bij wat meer ruimte ook mogelijk zogenaamde ‘losse hagen’ te maken. De planten in de haag groeien daarbij wat natuurlijker en ‘losser’ uit. Zo’n haag lijkt meer op een smalle heesterborder. Bij wat meer ruimte kunnen de planten in verschillende rijen (eventueel versprongen) achter elkaar staan. Dan ontstaat een brede, vaak bloeiende haag waarin een grote variatie aan planten (groenblijvend en bladverliezend) mogelijk is. Als zo’n haag ook besdragende soorten bevat, wordt er natuurlijk pas gesnoeid nadat de bessen verdwenen of lelijk geworden zijn.

De juiste snoeivorm

Het gaat erom dat het licht tot op de onderste takken van een haag kan vallen. Dan blijft hij mooi gesloten. Dat lukt het beste als de vorm wat conisch is, dus van onderen breder dan van boven. Dus ook geen planten er vlak voor zetten, anders wordt de haag van onderen toch nog kaal. Het maakt niet uit of de top van de haag rond of plat wordt geknipt.

Coniferen ‘scheren’ met een scherp mes

De methode om vooral coniferen met schubvormig blad met een scherp mes te snoeien, wordt ‘scheren’ genoemd. Het resultaat is veel fijner, dan wanneer er met (elektrische) heggenscharen wordt gewerkt. De takeinden worden van boven naar beneden werkend afgesneden.

Goede vertakking noodzakelijk

Niet elke plantsoort is geschikt als haagplant. Ze moeten zowel verticaal als horizontaal een sterke, dichte vertakking hebben. Vanwege het ‘verband’ moeten die takken stevig in die van de buurplanten grijpen. Gelukkig verbetert die vertakking nog door het regelmatige knippen. Meestal komen voor ieder twijgeindje wat wordt weggeknipt twee nieuwe twijgjes in de plaats. Het groen wordt voller en de haag dichter.

Let op planten of obstakels in de omgeving!

Om tot onderaan gesloten te blijven, moet het licht tot op de onderste takken kunnen vallen. Waar dat niet kan, wordt de haag kaal. Zorg dus altijd dat er ruimte blijft tussen de haag en de beplanting (of iets anders) ervoor. Dat is bovendien nodig om erbij te kunnen voor het snoeien. Zo’n strook grond voor (en eventueel achter) de haag is bovendien handig tijdens het snoeien. Je kunt er folie of lappen op leggen waar het snoeisel op valt. Dat ruimt gemakkelijk op.

Controleer de bodemgesteldheid

De meeste haagsoorten stellen geen bijzondere eisen aan de bodem, zolang deze maar genoeg voeding bevat en niet te nat is. In het laatste geval kan drainage nodig zijn. Je hebt de planten misschien al op de meest verantwoorde wijze geplant, zo nodig na voorafgaande grondverbetering. Er kunnen zich natuurlijk altijd veranderde omstandigheden voordoen die aanpassing vereisen. Neem dan contact op met een vakkundige hovenier.

Hagen vastzetten

Na een storm kunnen planten in de rij zijn scheef gewaaid. Trek ze weer recht en trap de grond rond de wortels nog eens goed aan. Blijf de scheefgewaaide plant ook extra verzorgen met het water geven.

Er zijn groenblijvende en bladverliezende hagen, maar tegenwoordig ook kant en klare hagen!

Hagen bemesten

Ook haagplanten hebben voeding nodig. Helaas zien we nog vaak hagen in uitgemergelde grond. De grond eronder bevat nauwelijks meer voedingsstoffen. De planten gaan hun voeding dan verderop zoeken, de wortels lopen steeds verder weg en worden voedselconcurrent van de planten die voor de haag staan. Die gaan daardoor ook minder goed groeien. Voorkom dat door onder de haag ieder voorjaar een goede organische basisbemesting aan te brengen. Steek ook te ver ‘weggelopen’ wortels af.

Voorkom overlast bij de buren!

Sommige haagsoorten wortelen liever horizontaal dan verticaal. Je buren zouden daar last van kunnen krijgen. Hetzelfde geldt trouwens voor bomen. Met een verticale wortelbegrenzer kan discussie met je buren voorkomen worden. Als de begrenzer al niet tijdens de aanleg is aangebracht. Het kan na een aantal jaren nog steeds!

Moet ik een haag extra water geven?

Zorg dat de haag na aanplant voortdurend over voldoende vocht beschikt. Een druppelleiding onder de haag is ideaal. Zet die eenmaal per week aan, in de zomer na de aanplant eenmaal per twee weken, in het najaar nog eenmaal per maand. Na dat eerste jaar zullen de planten voldoende ‘gesetteld’ zijn om het zelfstandig te redden. Tijdens langdurig droge perioden dien je natuurlijk wel water te geven. Maak ook het blad tijdens droge, winderige dagen goed nat. Niet bij felle zon sproeien. Let op dat je niet gaat overdrijven. Controleer het zelf met een spade of schop. De grond mag vochtig zijn, maar niet nat. Er mag dus geen water in de sleuf staan!

Hagen beschermen in de winter

Hagen hebben geen echte winterbescherming nodig. De eerste jaren is een goede ‘binding’ noodzakelijk. Zorg dat het bevestigingsmateriaal niet in de stammetjes groeit.

Zorg voor een goede takkenstructuur

Hoe dichter de vertakking, hoe beter. Dat geldt zowel horizontaal als verticaal. De takken van planten die naast elkaar staan, moeten zoveel mogelijk in elkaar grijpen. Dan pas ontstaat een goede gesloten haag. Door snoei is daar veel aan te doen, maar niet alles. Om te beginnen moeten de planten niet te ver van elkaar worden geplant. Na het inplanten moeten de jonge planten direct worden ingekort, om ze vanaf het begin te dwingen ook onderin uit te lopen. Zo vormen ze een gesloten haag tot vlak boven de grond.

Een oude haag renoveren

Dat moet in etappes gebeuren. Snoei nooit alles ineens. Als een haag heel sterk qua breedte moet worden teruggebracht, is het aan te raden de top op de gewenste hoogte te snoeien en daarna één lange kant diep in te snoeien. Laat de andere kant in datzelfde jaar met rust. Die zijde komt het jaar erop op dezelfde manier aan de beurt. Zorg dat je bij soorten die dat niet verdragen, nooit tot achter het groen snoeit (zeker niet bij coniferen). Zo houdt de haag naderhand geen kale takken over.

Buxus- en andere lage haagjes knippen

Bij lage haagjes moet de schaar omgekeerd worden gebruikt en wordt er in neerwaartse richting geknipt. Dat werkt het handigst. Oude buxushaagjes (en van kleinbladige hulst) zijn te verjongen door ze in het voorjaar sterk terug te snoeien. Verder vooral rond de langste dag knippen, maar om een laag haagje mooi te houden is meestal vaker knippen nodig (niet meer na augustus).

Niet door groot blad knippen!

Sommige haagheesters hebben erg groot blad, laurierkers (Prunus laurocerasus) is een bekend voorbeeld. Het ziet er lelijk uit als zulk blad door ruig knipwerk eenvoudig wordt doorgeknipt. Zulke hagen dus met een snoeischaar knippen.

LET OP: De tijd om bomen en hagen als wortelgoed (wrtg), of met kluit, te planten en aan te schaffen loopt van oktober tot maart, planten in een container kunnen het gehele jaar worden aangeplant!

7636